Catherine Keyl wilde bijna spuitje tijdens herniahorror: ‘Laat maar’

Catherine Keyl wilde bijna een spuitje tijdens haar recente herniahorror. Ze was er zó erg aan toe dat ze het niet meer zag zitten. “Ik dacht: als ik zo verder moet, laat dan maar zitten.”

Ze kon niet zitten, ze kon niet staan, ze kon helemaal niks: Catherine Keyl lag eind vorig jaar maandenlang plat vanwege ernstige pijn bij het bewegen. Als ze tóch de deur uit moest, dan ging ze in een rolstoel. Er werd gevreesd voor een verstopte buikslagader, maar de dokter constateerde een slijmbeursontsteking. Dat bleek een foute diagnose.

Spuitje voor Cath

Het bleek uiteindelijk om een hernia te gaan en inmiddels is Catherine weer aardig opgeknapt. Het waren verschrikkelijke maanden, vooral mentaal, blikt ze terug in een vraaggesprek met de Weekend. “Ja, zeker! Ik heb echt een poosje gedacht: dit vind ik helemaal niks. Als ik zo verder moet, laat dan maar zitten.”

De interviewster van dienst heeft gevoel voor drama: “Als in: dan hadden ze je wel een spuitje mogen geven?”

Catherine antwoordt: “Nou, dat gaat misschien wel te ver. Maar wel in die richting, haha!”

Pijn in lies

Hoe gaat het nu precies met Catherine? “Het gaat goed. Ik heb af en toe nog wel heftige pijn in mijn lies, maar dat schijnt op den duur over te gaan. Er zijn verschillende soorten hernia’s: in de heup, aan je schouder – ik heb ‘m in mijn onderrug en dat straalt door naar mijn lies.”

Ze vervolgt: “Ik kan weer lopen, staan, eigenlijk alles wel, dus dat is heel fijn, maar ik kan nog niet lang staan. Ik liep voorheen een uur per dag, maar dat haal ik nu niet. Ik kom niet verder dan zo’n twintig minuten, vanwege de pijn.”

Herstellen

Het is een kwestie van doorbijten, aldus Catherine. “Het is volledig afhankelijk van het zelfherstellend vermogen van mijn lichaam. De artsen kunnen niet zeggen hoelang het duurt, twee maanden of een half jaar. Ik had eerlijk gezegd wel gedacht dat ik nu veel verder zou zijn.”

Ze besluit: “Ik maak me geen zorgen, ik ben in heel goede handen. Maar ik ben wel ongeduldig, ik wil dat het sneller gaat.”