Mart Smeets moe van ‘verkeerde en zielige grappen’

Mart Smeets vindt de grappen die over hem gemaakt worden strontvervelend. Dat laat hij blijken in de Volkskrant. Smeets ergert zich er bijvoorbeeld aan dat zijn uitspraak ‘Mag ik dat zeggen? Ja, dat mag ik zeggen’ tegenwoordig gebruikt wordt om hem belachelijk te maken. “Dat is helemaal geen uitspraak die ik veel gebruikte. Dat is ervan gemaakt. Natuurlijk heb ik het weleens gezegd, maar de wereld van spottende lieden en Smeets-bashers heeft het veel groter gemaakt“, zegt hij.

De presentator gebruikt de uitspraak niet meer. “Toen ik doorkreeg dat nota bene derderangs VARA-cabaretiers er goede sier mee maakten, dacht ik: nou, dat moest ik maar niet meer doen. Ik heb het jaren geleden al begraven, maar ik moet me nog steeds weleens inhouden.”

Wie aan Smeets denkt, denkt ook aan zijn wintertruien. “Mij wordt ook nagedragen dat ik mijn hele leven lang Noorse truien heb gedragen. Iedereen maakt er verkeerde en zielige grappen over. Ik heb ze tijdens precies één Olympische Spelen gedragen, in 2006 in Turijn en daarna nog een keer in de Tour de France.”

Het is jammer dat Nederland graag een mikpunt van spot zoekt, vindt Smeets. “Als je 42 jaar met je kop op dat kassie komt, gebeuren dit soort dingen. Tv werkt stigmatiserend.”

Het Volkskrant-interview met Mart Smeets kunt u lezen via Blendle.