Jandino Asporaat aangevallen in Revu, Michella Kox: ‘Niet grappig!’

Jandino Asporaat krijgt na de flinke mediastorm over zijn kippentent nog een flinke trap na van Nieuwe Revu. ‘Kip smaakt naar zaad’, luidt de schreeuwende kop. En wat zegt Michella Kox nou?

Wat een gedoe allemaal voor Jandino Asporaat: heeft hij na jaren eindelijk zijn eigen kippentent geopend, krijgt hij allemaal drek over zich heen vanuit de media. Het begon allemaal met een verslaggever van De Telegraaf, die een kijkje kwam nemen in die zaak en allemaal mensen voor de camera kreeg die klaagden over de hoge prijzen. “47 euro!“

‘Niet te nassen!’

Volgens Jandino is het echter allemaal framing van de media. 47 euro voor een menu? “Het is niet waar! Dat moet ik meteen zeggen. Kijk, mensen willen allemaal dat je het goed doet totdat je het goed doet. (…) Wat er dan gebeurt, dan begint de afgunst, van: dit kan niet, dit gaan we stoppen”, zegt hij in de talkshow NandoLeaks.

En ondanks zijn beklag over de media, komt Nieuwe Revu er nu nog een keer overheen. ‘Kritiek op Jandino Asporaats’ FC Kip: ‘Kip smaakt naar zaad”, kopt het tijdschrift groot. “Als een kip zonder kop opende Jandino Asporaat het kippenrestaurant FC Kip, dat na een week al te klein bleek. Na de heropening blijkt de kip echter niet te nassen…”

Hoopje ellende

Jandino’s kip smaakt volgens het blad niet zo best. “Of het nou aan de vetfilters boven de grill lag of aan slapende filters op sociale media, ineens werd het succesverhaal rap gefileerd en bleef er vooral een hoopje ellende over in de comments.”

De Revu merkt net als Boulevard op dat het reviewcijfer van Jandino’s kippenzaak in enkele uren explosief is gestegen. “Alsof Asporaat even een Dotannetje had gedaan met een trollenleger of door mensen aan te sporen goede recensies te schrijven. Zelf ontkent de cabaretier dat in alle toonaarden.”

Michella haalt uit

Als kers op de taart mag Michella Kox ook nog even uithalen naar Jandino. “Nee, ik kom niet in zijn restaurant. Dat is in Rotterdam, ik kom uit Arnhem. Als ik in de buurt zou zijn, zou ik uit nieuwsgierigheid zeker even gaan kijken. Ik ken hem als cabaretier, maar ik vind hem niet grappig, het is niet mijn humor.”

Ze besluit: “Smaken verschillen over wat mensen grappig vinden of niet grappig vinden. Ik vind het niet grappig wat hij doet, ik heb niet zoveel met typetjes en zo.”