Rob Kamphues had net als Eva Jinek last van stalker: ‘Alles vergald’

Rob Kamphues zal even flink geslikt hebben toen hij het nieuws las over Eva Jinek en haar stalker. Zelf heeft hij daar ook last van gehad, vertelt hij in TROS Kompas. “Alles werd vergald.”

© NPO

Het kwam onlangs als een behoorlijke verrassing: Eva Jinek (46) blijkt bijna een jaar lang lastiggevallen te zijn door een obsessieve stalker. Deze 45-jarige Paul B. stuurde allerlei dreigende berichten, maar zocht de presentatrice ook daadwerkelijk op. Het OM heeft nu een celstraf van elf maanden en tbs geëist tegen deze griezel.

Last van stalker

Rob Kamphues, die momenteel dagelijks te zien is op SBS 6, heeft hier ook last van gehad, vertelt hij in TROS Kompas. “Sommige dingen hakten erin, maar accepteer dat het op je pad komt en leer ervan. Iets specifieker? Pfff, Daar moet ik mee uitkijken”, zegt hij in het televisieblad.

Hij vervolgt: “Ik heb een stalker gehad door wie mijn leven werd vergald. Dan kun je je geloof in de liefde verliezen, maar daar heb je vooral jezelf mee.”

Hapotonoom

Hoe is Rob over die stalker heen gekomen? “Coaching door een goede haptonoom heeft me geleerd om dicht bij mezelf te blijven en niet om me heen te slaan, wat wel je eerste neiging is. Op die manier lukt het me om optimistisch in het leven te staan, zonder de ernst te negeren of te bagatelliseren.”

De 64-jarige presentator heeft nu een ruim twintig jaar jongere vriendin van 43. “Of dat jong is? Vergeleken met mij wel, ja. Samen met haar en mijn stiefzoon van twaalf heb ik een huishouden waarin we veel lol hebben.”

‘Yes sir!’

Rob wordt volgend jaar alweer 65. “Yes sir! Het is niet iets waar ik tegen op zie, maar wel iets waar ik een theaterprogramma over ga maken. Natuurlijk vraag ik me in mijn achterhoofd af wat voor nut ik nog heb op deze aardbol.”

“Maar zo lang mijn kinderen nog bellen of ik meega naar een musical of K-popconcert, mijn beste vriend me nog belt als hij in de put zit en zolang Ziggo Sport en John de Mol mij nog vragen… Dan heb ik het gevoel dat ik er nog toe doe.”