Frans Duijts: ‘Meeste mensen vinden mij helemaal geen patser’

Frans Duijts belde in de zomer een cameraploeg van Shownieuws op om samen zijn nieuwe Ferrari op te halen. De mensen kotsten van dat patsergedrag, maar zelf ziet hij dat heel anders.

© SBS

De kritiek dat hij een patser zou zijn wordt volgens Frans Duijts helemaal niet breed gedeeld. Het zijn de media die doen alsof dat het sentiment is, zegt hij in de gezaghebbende TROS Kompas. “Hoge bomen vangen veel wind. Van de duizenden berichten die ik heb gekregen over mijn auto, waren er misschien zestig negatief en de rest was leuk.”

Frans’ patsergedrag

Je hoort in de media alleen de negatieve reacties terug, terwijl de meeste mensen het juist geweldig vinden dat hij een Ferrari ophaalt, aldus Frans. “Dat wordt vervolgens uit zijn verband gerukt en gaat een eigen leven leiden. Natuurlijk zijn er mensen die het niet leuk vinden en mij een patser noemen, maar het merendeel vindt het gelukkig wel leuk.”

Frans reageert altijd heel erg gepikeerd als hij kritiek krijgt op patsergedrag. “Verder raakt het me niet, hoor. Ik vind het alleen jammer dat er dingen worden gezegd die men mij nooit in het gezicht zou zeggen.”

‘Ik lees alles’

Leest Frans alles dat over hem geschreven wordt? “Ja, en ik geef ook regelmatig zelf een reactie. Ik vind het leuk om in nauw contact met mijn fans te staan. Als iemand zegt dat ik een lelijke vent ben, maar mijn auto wel mooi vindt, dan lach ik erom en stuur ik een smiley terug.”

Hij vervolgt: “Maar als iemand zegt dat zo’n auto in deze tijd niet verstandig is en dat ik ter compensatie een gratis optreden moet doen, reageer ik wel. Want hoezo? Dan moet een bekende voetballer zeker ook een jaar gratis spelen als hij een dure auto koopt. Ik heb een team van 23 mensen om mij heen die ik moet betalen. Dat wil ik graag duidelijk maken.”

Sportauto

Waar komt de drang van Frans om zo te pochen met zijn spullen vandaan? Is hij zo opgevoed? “Zeker niet. Mijn vader had van zijn zuurverdiende geld eens een sportauto gekocht, maar die kwam de garage niet uit. Want wat zouden de mensen daar wel niet van denken? Zo ben ik ook opgevoed.”

Hij besluit: “Ik wilde destijds een grotere caravan en toen vroeg hij zich af of ik dat wel moest doen. Mijn vader is maar 68 jaar geworden, heeft een superleven gehad, maar heeft nooit echt de dingen gedaan die hij dolgraag had willen doen. Jammer is dat. Dat was voor mij een goede les.”

‘Werk er hard voor’

Frans is gestopt met bescheiden zijn. Hij wil zijn rijkdom nu aan iedereen laten zien. “Toen ik in 2002 ook nog eens tien meter naar beneden ben gezeild, dwars door een dak heen, en een bijna-doodervaring had, ben ik anders in het leven gaan staan. Ik besteel niemand, ik vermoord niemand, ik zet niemand onder druk, dus het is mijn leven.”

“Ik werk er hard voor, heb gezorgd dat de financiële fundering helemaal klopte en toen ben ik gaan opbouwen. Als er dan financiële ruimte is, moet je de dingen doen die je heel graag wilt.”