Martijn Koning blij dat Marc-Marie prikje uitdeelde aan Eva Jinek

Martijn Koning vindt het aantal collega’s dat hem steunde tijdens de Jinek-rel erg tegenvallen. Hij is daarom blij met het speldenprikje dat Marc-Marie Huijbregts uitdeelde aan Eva Jinek.

Het komt nooit meer goed tussen Eva Jinek en Martijn Koning. De presentatrice was dit voorjaar woest over de roast die de cabaretier in haar programma uitsprak over Thierry Baudet. De politicus liep boos weg van tafel en daardoor voelde Eva zich een slechte gastvrouw. Inmiddels heeft Martijn er een sport van gemaakt om Eva te beledigen.

Marc-Marie tegen Eva

Veel bijval heeft Martijn nooit gekregen, al probeerde Marc-Marie Huijbregts een dag later om de boel nog een beetje te sussen aan haar talkshowtafel. “Jij hebt toch ook sympathie voor Martijn?”, vroeg hij haar.

Vervolgens hield Eva een heel verhaal over de spelregels aan haar talkshowtafel en dat Martijn die eigenhandig veranderde. Marc-Marie daarop: “Dat snap ik, maar dat is helemaal geen antwoord op mijn vraag. Mijn vraag: jij vindt Martijn toch ook een sympathieke jongen?”

Daarop antwoordde Eva pijnlijk: “Ehh, ik ben niet blij met dit. Dit brengt veel schade voor dit programma en voor wat wij maken en daar baal ik onwijs van. Dus ik ben daar nu niet… Ja, daar ben ik nou niet zo mee bezig.”

Martijn prijst Marc-Marie

Martijn is er blij mee dat Marc-Marie toen toch een beetje voor hem in de bres sprong, vertelt hij in het AD. “Dolf Jansen, Maarten van Rossem, gaven me steun. Sander Schimmelpenninck schreef een geweldige column. Dominee Gremdaat, Paul Haenen dus, reageerde. Heel fel, heel fijn, heel cool.”

Hij vervolgt: “Kijk, ze hoeven niet helemaal los te gaan aan een talkshowtafel. Maar een paar speldenprikjes, zoals Marc-Marie Huijbregts deed, dat was al genoeg.”

Week binnen

Na de bewuste uitzending van Jinek en de mediastorm die losbarstte, is Martijn een week lang binnengebleven. “Maar je moet toch een kéér naar de supermarkt. De eerste keer op straat was surrealistisch. Van het moment dat ik naar buiten liep tot ik weer terug was, alle mensen gaven me complimenten. Ik werd er bijna emo van.”

“Toch blijf ik om me heen kijken. Je kunt nog zo stoer zijn, ik realiseer me heel goed dat je net ergens gespeeld kunt hebben en dan langs het verkeerde café kunt lopen.”