Na Suzan & Freek-drama: moeten we gaan screenen op longkanker?

Het Suzan & Freek-drama is bij veel mensen in het land ingeslagen als een bom. Hoe kan het zijn dat een fit en jong iemand als Freek Rikkerink (32) niet meer te genezen is? “Er is geen screening.”

© SBS

Suzan & Freek zijn verslagen van verdriet: ze zijn per direct gestopt als muzikaal duo omdat er uitgezaaide longkanker bij Freek Rikkerink is geconstateerd, en er geen kans meer is op genezing. Het is erg laat ontdekt bij de zanger en dat is ook niet zo gek, omdat de ziekte weinig specifieke symptomen heeft, legt longarts-oncoloog Charlotte De Bondt uit bij VRT.

Onder de radar

Het is lastig om longkanker te ontdekken, aldus Charlotte. “Dat is de reden waarom we de diagnose vaak pas stellen in een uitgezaaid stadium. Longkanker kan vaak lang onder de radar blijven.”

De uitzaaiingen kunnen wel klachten geven. “Door uitzaaiingen naar de botten, kan een patiënt pijn krijgen of de kanker kan uitzaaien naar de hersenen, waardoor neurologische problemen kunnen optreden zoals epilepsie of verlamming.”

Geen screening

Moeten we mensen dan niet preventief gaan controleren? Nu wordt er in ons land nog niet gescreend op longkanker, maar studies hebben volgens longarts Robin Cornelissen van het Erasmus MC al wel aangetoond dat het een effectief middel is om longkanker op te sporen.

Hij zegt tegen de NOS: “In Nederland is het aan de Gezondheidsraad voorgelegd en die ziet nog haken en ogen die eerst nog verder moeten worden uitgewerkt. Dat gaat waarschijnlijk nog jaren duren.”

Hoog risico

Uiteindelijk zou dat Freek ook niet hebben gered, zegt Robin. “Het gaat dan alleen om het screenen van ouderen en van mensen die een hoog risico op kanker hebben. Dus iemand als Freek zou dan ook buiten die screening zijn gevallen.”

Je kunt ook niet iedereen gaan onderzoeken, zegt longarts en kankerspecialiste Annelies Janssens in het AD: “Nee, dat is niet zinvol. Dat zou betekenen dat we heel veel scans moeten uitvoeren, wat medisch en praktisch niet verantwoord is. (…) Voor niet-rokers levert screening te weinig op.”