Jandino Asporaat sloopt boa’s: ‘Echt pleurislijers tijdens corona’

Jandino Asporaat vindt dat boa’s zich tijdens de coronatijd gedroegen als ‘pleurislijers’, laat hij weten voor de camera van Shownieuws. “Is het wel verstandig dat hij dit zegt?”

© SBS

Op dit moment zit Jandino Asporaat middenin de opnames van een film over een Rotterdamse boa. Het idee is ontstaan in de coronatijd, toen hij zich ontzettend ergerde aan deze buitengewoon opsporingsambtenaren, bekent de cabaretier in gesprek met Shownieuws. Het is algemeen bekend dat hij het toentertijd niet eens wat met alle coronaregels.

Pleurislijers

Jandino’s ergernis leidde tot een filmidee. “Ik moet eerlijk zeggen: toen ik begon aan dit project om deze film te maken kwam het ook door – laat me het netjes houden – geen liefde voor de boa’s, want tijdens corona waren ze echt pleurislijers.”

Waarom dan? “Het waren mensen die ineens een hesje aan hadden en zich verheven voelden boven iedereen. Het was gewoon Ricardo uit de wijk en op een gegeven moment kreeg Ricardo een hesje en dan was hij zeg maar de kapitein van de buurt ofzo.”

Harten

Zoiets wil Jandino nu ook laten zien in de film. “Ik had dus zoiets van: laat me toch kijken of ik een beetje de mens achter deze mensen kan vinden. Dat is eigenlijk een beetje hoe het idee is ontstaan.”

Het is niet zijn bedoeling om mensen op te zetten tegen boa’s. “Nu kan ik eerlijk zeggen dat in ieder geval deze boa’s anders in de mensen hun harten gaan binnenkomen dan sommigen.”

Verstandig?

Shownieuws-presentatrice Dyantha Brooks vraagt zich af of dit wel slim is van Jandino. “Hij is vrij uitgesproken over de boa’s. Is dat verstandig?”

Privé-baas Evert Santegoeds: “Ik weet niet of het de insteek is om het imago van de boa’s te verbeteren, wat ik hen wel zou gunnen hoor trouwens. De boa’s werken er ook aan mee, want ze hebben in elk geval een paar pakjes afgestaan voor die film.”

Zwaaien

Evert begrijpt wel dat mensen zich soms ergeren aan boa’s. “We hebben allemaal te maken met boa’s en de een heeft er meer kaas van gegeten dan de ander heb ik het idee, maar dat ze er zijn qua ondersteuning…”

“Ik zwaai ook vaak naar ze, dat vind ik leuk.”