Montana Meiland jaloers op Maxime? ‘Misschien zij op mijn winkel!’
Montana Meiland schijnt na haar relatiebreuk helemaal uit haar schulp te kruipen. Is ze inmiddels jaloers op haar zus Maxime, die een grotere sterrenstatus heeft? “Nee, nooit!”
Jarenlang bestonden de Meilandjes als tv-familie vooral uit papa Martien, mama Erica en dochter Maxime. Haar zus Montana Meiland bevond zich altijd een beetje op de achtergrond, alsof ze met haar vorige vriend Dirk liever niet zoveel aandacht wilde. Nu ze hem bij het grofvuil heeft gezet is alles opeens anders: ze schijnt weer een grote bek te hebben.
Niet jaloers
Is Montana inmiddels jaloers op haar zus Maxime, die door al die intensieve tv-jaren een grotere sterrenstatus heeft dan zij? Het tijdschrift Weekend vraagt het haar.
Montana reageert: “Nee, ik ben nooit jaloers. We zijn gewoon heel anders. Ieder doet wat hij of zij zelf wil en gaat er dan voor. Als ze van die fotoshoots heeft voor bladen, kan ik wel denken: wat gaaf dat ze dat doet! Leuk, had ik dat maar een keer. Maar aan de andere kant is dat niks voor mij, want dat poseren kan ik helemaal niet.”
Poseren
Maxime vindt zo’n glamourshoot hartstikke leuk, vervolgt haar zus. “Zij kan dat heel goed, dat is echt iets voor haar.”
Aan de andere kant heeft Montana zélf succes als ondernemer, terwijl Maxime vooral meelift op de roem van haar ouders. Als zij stoppen met hun tv-avontuur, dan zit Maxime natuurlijk flink in de problemen. De Weekend vraagt Montana dan ook of er andersom misschien wél sprake is van jaloezie.
Winkel
Montana lijkt dat niet helemaal uit te sluiten. “Misschien hoe zij over mijn winkel denkt, want dat loopt gewoon goed. Zij heeft wel een kledinglijn gehad, maar dat lukte niet. Maar ik heb haar daar nooit over gehoord, dus dat zul je aan haar moeten vragen.”
Tot slot: voelt Montana zich uitgekotst door de pers en zelfs door fans, zoals er in het nieuwe Meiland-boek staat? “Nee. Er is veel kritiek, maar dat heb je altijd, mensen die het leuk vinden én die het niet leuk vinden. Dat moeten ze lekker zelf weten. Maar uitgekotst, dat vind ik niet.”