Jim Bakkum vernederd door Gerard Cox: ‘Echt heel denigrerend’
Jim Bakkum is emotioneel mishandeld door de bekende zanger en acteur Gerard Cox. De inmiddels 81-jarige showbizzroutinier heeft de monotone zanger ooit ‘denigrerend’ benaderd, zegt hij.
Ruim achttien jaar geleden zaten Jim Bakkum en Gerard Cox allebei met een gastrol in het toenmalige kijkcijferkanon Baantjer op RTL 4. Met 3,1 miljoen kijkers werd een kijkcijferrecord gevestigd. Het was vlak na de enorme Idols-hype: Jim werd tweede in het eerste seizoen van de talentenjacht, na Jamai Loman.
Gerard sloopt Jim
Gerard was echter niet zo onder de indruk, vertelt Jim in zijn nieuwe biografie. “Meneer Cox zette me bij onze ontmoeting met twee trillende beentjes, bám, op de grond. Iedereen in Nederland kende ineens mijn naam en deze meneer die ik ontmoette in een ontzettend spannende omgeving vroeg of ik niet ‘van een of ander talentenjachtje’ was.”
Het was echt verschrikkelijk, aldus Jim. “Op dat moment voelde ik me zó klein. Hij was bovendien niet zomaar een meneer. Dit was Gerard Cox, een tv-legende. (…) Voor het eerst voelde ik of dacht ik te voelen dat iemand echt op mij neerkeek, juist omdát ik uit een talentenjacht kwam. Omdat ik zonder opleiding of ervaring daar was neergezet.”
Vernederd
Jim zal het echt nooit meer kunnen vergeten. “Ik belandde op de grond en zakte dóór de grond. Het zou niet de laatste keer zijn dat ik dit ervoer. Ik twijfelde aan mijn kunnen.”
Hij vult nu aan in tijdschrift Weekend: “Het zette me met beide benen op de grond, wat misschien ook wel goed was. Maar ik voelde me zo vernederd op een of andere manier, vond het echt een beetje denigrerend. Aan mijn latere werk in theater en film kleeft dat ergens nog steeds, die onzekerheid blijft toch hangen.”
Jim van à propos
Inmiddels kan Jim de situatie wel enigszins nuanceren. “Overal waar ik toen kwam was het hysterisch, druk, chaos en gegil. En als je op die leeftijd constant hoort hoe geweldig je bent, en iemand als Gerard Cox zegt zoiets tegen je, ja, ik was gewoon echt van mijn à propos.”
“Nú zou ik de laatste zijn die denkt dat iedereen me kent.”