Claudia de Breij verbaasd: ‘Jort Kelder lijkt wel onaantastbaar’
Claudia de Breij vindt het merkwaardig dat Jort Kelder continu overal mee weg lijkt te komen. Hij mag immers ook aanblijven bij Op1, ondanks de onthullingen over zijn relatie met Forum voor Democratie.
Dat Jort Kelder een vriendschappelijke relatie onderhoudt met minister-president Mark Rutte was al bekend en ook over zijn vriendschap met Thierry Baudet is weleens wat naar buiten gekomen. Maar dat hij Thierry’s partij Forum voor Democratie financieel heeft ondersteund in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2017 was nog onduidelijk.
Onaantastbaar
Jort heeft zijn financiële bijdrage vorige week toegegeven, maar zijn werkgever Bart Huisjes, de baas van WNL en woordvoerder van Op1, wilde er niet op reageren. Toen Talitha Muusse publiekelijk kritiek uitte op Rutte, was Huisjes wél de eerste om daar schande van te spreken. Een paar dagen later lag Talitha eruit bij Op1.
Claudia de Breij vindt het, overigens net als Talitha, bizar dat Jort overal mee wegkomt. “Integriteit is een schaars goed, moet ik concluderen als ik de krant lees. Jort Kelder lijkt al jaren onaantastbaar door een metersdikke beschermlaag van ironie en verwarring”, schrijft ze in de VARAgids.
Baggervette laag ironie
Het lijkt wel of Jort een soort aaibaarheidsfactor heeft, aldus Claudia. “Ja, hij is heel rechts, maar kijk eens, dierenleed! Daar is hij dan weer heel uitgesproken tegen. Pak me dan, als je kan, je kan me toch niet krijgen.”
“En áls je Jort wilt pakken op wat hij zegt en doet, glibbert hij door die baggervette laag ironie altijd weer uit je handen. Kom kom, waarom zo serieus, het was maar een vliegreisje, hé kijk, gekke bretels!”
Peter R. de Vries
Jort vindt het geen belangenverstrengeling dat hij campagnefilmpjes voor Forum voor Democratie heeft gefinancierd. “Ik kan daar een hele boom over opzetten. Over journalistieke onafhankelijkheid, over het streven naar objectiviteit, over het verschil tussen een politieke partij en een neo-fascistische organisatie”, zegt ze.
“Maar ik kan ook gewoon hardop vragen: ‘Wat zou Peter R. de Vries hiervan gevonden hebben?’ en dan schiet ik in de lach tot er tranen van komen.”